Stoomweverij Nijverheid

Historische foto van Enschede

De Joodse gemeenschap in Enschede kende een rijke geschiedenis die teruggaat tot de 18e eeuw. In 1827 werd de eerste synagoge geopend aan de Stadsgravenstraat, en in 1928 volgde een nieuwe, grotere synagoge aan de Prinsestraat, ontworpen door architect K.P.C. de Bazel. Deze synagoge werd beschouwd als een van de mooiste van West-Europa en was een symbool van de bloei van de Joodse gemeenschap in de stad.

De gemeenschap bestond uit Joden uit alle lagen van de bevolking, variërend van kleine handelaren tot invloedrijke fabrikantenfamilies zoals Menko, Rozendaal, Cats, Serphos, Van Gelderen, Van Dam en Frankenhuis. Deze families speelden een prominente rol in het economische en sociale leven van Enschede en bepaalden mede het beleid binnen de Joodse gemeente.

In de jaren dertig, voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog, werd Enschede geconfronteerd met een instroom van Joodse vluchtelingen uit Duitsland. Tussen 1933 en 1939 staken ongeveer 40.000 Joden de grens over, op de vlucht voor het nazi-regime. De Enschedese Joodse gemeenschap toonde solidariteit en ving vele van deze vluchtelingen op, ondanks de materiële en religieuze uitdagingen die dit met zich meebracht.

De Joodse gemeenschap in Enschede was sterk geïntegreerd in de stad, met tal van winkels, verenigingen en culturele instellingen. De gemeenschap droeg bij aan de diversiteit en het economische succes van Enschede en speelde een belangrijke rol in het stedelijke leven tot aan het uitbreken van de oorlog in 1940.